Direct naar artikelinhoud
AnalyseStrategie PSV

Hoe smeed je een aanvalsmachine: kijkje in de keuken van PSV-coach Roger Schmidt

Trainer Roger Schmidt wil van PSV een aanvalsmachine maken. Zijn filosofie: in balbezit snel de bal naar voren en bij balverlies niet achteruit maar vooruit lopen om de tegenstander onder druk te zetten en de bal zo snel mogelijk te veroveren. Om dat te bereiken moet hij de mindset van zijn spelers veranderen. Drie trainingsvormen die daaraan bijdragen.

PSV-coach Roger Schmidt geeft zaterdag tijdens een oefenduel tegen de Duitse club SC Verl tekst en uit leg aan Olivier Boscagli en Jordan Teze.Beeld Eva Plevier

Partijspel in ondertal (vier aanvallers tegen drie verdedigers)

Op het trainingskamp in Duitsland was het afgelopen week een veelvoorkomende vorm tijdens de trainingen: een partijspel op een klein veld waarbij de verdedigende ploeg een man minder had (drie verdedigers tegen vier aanvallers) en de bal zo snel mogelijk moest veroveren. De verdedigers konden niet bij hun directe tegenstander blijven staan, omdat ze dan een man tekortkwamen. Ze moesten hun tegenstander los durven laten en met z’n drieën druk zetten op de bal, zodat de vier aanvallers de oplossing niet meer zagen.

Het is precies wat Schmidt in wedstrijden wil terugzien. Bij balverlies moeten zijn spelers zich op de bal oriënteren en niet op hun directe tegenstander. Schmidt wil een meerderheid rondom de bal creëren. Zo acht de Duitser de kans het grootst dat zijn ploeg weer in balbezit komt.

Partijspel in ondertal (vier aanvallers tegen drie verdedigers)

Schmidt over de trainingsvorm: ‘Als je in de minderheid bent en je moet de bal zo snel mogelijk veroveren, kun je onmogelijk bij je directe tegenstander blijven staan. Spelers worden gedwongen hun tegenstander los te laten en goed samen te werken. Anders gaan ze de bal nooit terugwinnen. Door ze op de training te dwingen hun tegenstander los te laten, durven ze dat tijdens wedstrijden ook eerder. Zo proberen we de denkwijze van de spelers te veranderen.’

Sam Lammers: ‘Je moet vooruit durven verdedigen, ook al heb je een man minder. Het vraagt een andere manier van denken. De intensiteit is hoog en je moet enorm agressief zijn om de tegenstander geen tijd te geven om de oplossing te zien.’

Partijspel zeven tegen zeven (punt scoren door tussen de pionnen op de middellijn te dribbelen)

Op het eerste gezicht oogt het als een normaal partijspel van zeven tegen zeven. Maar wie goed kijkt, ziet dat de pionnen op de middenlijn een ander verhaal vertellen. De teams kunnen niet alleen scoren door een doelpunt te maken, ze krijgen ook een punt wanneer ze tussen de pionnen op de middenlijn doordribbelen.

De filosofie van Schmidt luidt: bij balverlies niet achteruit, maar vooruit lopen. Dat vraagt een andere instelling. PSV liet zich de afgelopen jaren vaak terugzakken op eigen helft om de tegenstander daar pas op te vangen. Het is een meer behoudende manier van voetballen. Schmidt denkt anders. Hij wil bij balverlies de tegenstander meteen onder druk zetten. Waar dan ook op het veld.

De pionnen op de middenlijn dwingen de verdedigende ploeg om druk te zetten op de helft van de tegenstander. Doen ze dat niet en ze laten zich inzakken op eigen helft (zoals in de graphic), dan kan de ploeg in balbezit eenvoudig tussen de pionnen door dribbelen en punten scoren. Lammers: ‘Als de tegenstander op die manier een punt kan maken, dan denk je wel twee keer na voordat je achteruit loopt.’

Partijspel zeven tegen zeven (punt scoren door tussen de pionnen op de middellijn te dribbelen)

Schmidt dwingt zijn spelers op deze manier naar voren te rennen. Het moet een automatisme worden, zodat ze tijdens een wedstrijd in een reflex reageren als ze de bal verliezen. Lammers: ‘We zijn nu een paar weken bezig en ik merk dat steeds meer jongens het uit zichzelf gaan herkennen.’

Verdediger Denzel Dumfries: ‘Het is voor ons nieuw, maar iedereen is bereid om zich aan te passen en mee te gaan in het spel dat we willen spelen. Dat is belangrijk: in dit systeem moet je elkaar blindelings kunnen vertrouwen.’

Positiespel: de bal snel naar voren spelen, zie graphic

Schmidt is duidelijk. Zodra zijn ploeg de bal verovert, wil hij dat zijn spelers de bal zo snel mogelijk naar voren spelen. Lengtepasses voor breedtepasses. Het is een vrij opportunistische manier van voetballen. ‘Als je eerst een paar veilige breedteballen geeft, kan de tegenstander zich hergroeperen’, zegt Lammers. ‘Wanneer je direct naar voren kijkt, is de tegenstander vaak nog niet terug in de organisatie.’

Op de training laat Schmidt in een vierkant drie aanvallers tegen één verdediger spelen. De drie aanvallers mogen de bal maximaal vijf keer rondspelen voordat de bal over de grond naar het andere vierkant moet, waar drie teamgenoten staan. Zij zijn de denkbeeldige spitsen tijdens de wedstrijd. Lammers: ‘Je wordt gedwongen vooruit te kijken omdat je de bal maar maximaal vijf keer naar elkaar mag spelen terwijl één verdediger de bal probeert af te pakken.’

Positiespel: de bal snel naar voren spelen, zie graphic

Om de bal bij ‘de spitsen’ (het andere vak) te krijgen, moet de bal tussen twee verdedigende spelers worden doorgespeeld die de lijn tussen beide vierkanten bewaken. Vertaald naar de wedstrijd wil Schmidt dat zijn spelers de bal tussen de linies van de tegenstander door durven spelen. Anders gezegd: een verdediger van PSV moet met één pass de bal tussen de middenvelders van de tegenstander door kunnen spelen om de spits in te bereiken.

Lammers: ‘Hoe de situatie ook is: we worden gedwongen aanvallend te denken. Niet de bal breed, maar naar voren.’