Frits in de cel en een razzia bij PSV

Frits in de cel en een razzia bij PSV
6 min

PSV staat tussen 12 en 18 september stil bij 75 jaar vrijheid in Eindhoven. Dagelijks verhalen we online over de club in oorlogstijd. In deel 6 gaat het PSV sportief voor de wind ondanks de donkerste dagen van de Tweede Wereldoorlog.

Voor Frits Philips heeft de staking van het personeel op 30 april en 1 mei 1943 ingrijpende gevolgen. Twee dagen later dringen rond halftwaalf enkele Duitse militairen zijn werkkamer op het hoofdkantoor binnen en wordt hij afgevoerd naar het seminarie in Haaren, waar een gevangenis is ingericht.

Zijden draadje
In Eindhoven gaat al snel het door de bezetter verspreide verhaal rond, dat arbeiders van Philips die het leven van Frits op prijs stellen direct weer aan het werk dienen te gaan. Na het fusilleren van zeven mensen op het Philips-terrein in Strijp dreigt Hans Rauter, de Duitse commissaris-generaal van de staatsveiligheidsdienst, dat er voortaan alleen nog directeuren van het bedrijf zullen worden terechtgesteld. ‘Pas veel later is tot mij doorgedrongen hoe mijn leven die dag aan een zijden draadje heeft gehangen’, vertelt Frits daarover in zijn autobiografie.

In Haaren zijn de omstandigheden volgens hem ‘vrij draaglijk.’ De eerste week deelt Frits zijn cel met dr. Gilles Holst, directeur van het Natuurkundig Laboratorium. Pas na drie weken wordt Frits onderworpen aan een verhoor. Hij wordt verdacht van sabotage-activiteiten en ‘zeer anti-Duits’ genoemd. ‘Ik ben niet anti-Duits’, antwoordt Frits. ‘Ik ben wel tegen het nationaalsocialisme. Omdat ik geloof in wat Jezus ons heeft geleerd. In uw systeem geldt het geweten van de mens niet meer. Daarin erkent men slechts één instantie en dat is de Staat. Die zal uitmaken wat goed of slecht is. Dat gaat lijnrecht in tegen mijn godsdienstige overtuigingen. Ik geloof vast, dat zo’n systeem ten gronde zal gaan.’

Kort daarop wordt Frits ‘bevorderd’ van gevangene tot gijzelaar en moet hij verhuizen naar een interneringskamp in Sint-Michielsgestel. Pas na vijf maanden, op 20 september 1943, wordt hij vrijgelaten en naar huis gestuurd. In eerste instantie eisen de Duitsers in ruil daarvoor zijn aftreden bij het bedrijf Philips, maar die eis komt al snel te vervallen. ‘Mijn reactie was’, zegt Frits daarover, ‘dat zij als Duitsers de macht hadden mij van mijn functie te ontheffen, maar dan eiste ik absoluut dat ze aan de poorten van het bedrijf bekendmaakten: “De heer Philips draagt geen verantwoordelijkheid meer.” Dan wist iedereen waar het op stond.’

Nieuw dilemma
Inmiddels heeft Frits onder druk van de Duitsers een industriële werkplaats ingericht op het concentratiekamp Vught. Daar belanden in totaal ruim 31.000 strafgevangenen onder wie 12.000 van joodse afkomst. Zo’n tien procent van de gevangenen gaat werken onder het Philips-Kommando.

Voor Frits is ook die keuze weer een stevig dilemma. Enerzijds stelt het bedrijf nu gevangenen te werk in het belang van de vijand, anderzijds voorkomt hij daarmee de Arbeitseinsatz van het eigen personeel in Hitler-Duitsland. Hij zegt daarover: ‘Wij weigerden daaraan onze medewerking. Dat zette kwaad bloed, omdat de Duitsers hoogst ontevreden waren over onze afleveringen. Ook nu was ons verweer dat wij onze levertijden onmogelijk konden aanhouden als ons personeel werd afgevoerd.’

Frits dwingt bij de bezetters af dat zij zich niet bemoeien met de leiding over de werkplaats in Kamp Vught en dat Philips ook het personeel kan aantrekken. Verder eist hij dat de gevangenen een financiële beloning krijgen en dagelijks een extra warme maaltijd (de Philiprak). Daarnaast regelt Philips dat gevangenen pakketjes (extra voedsel vooral) van het thuisfront kunnen ontvangen. Na de oorlog zijn velen joodse oud-gevangenen ervan overtuigd dat zij dankzij Frits Philips de verschrikkingen van het concentratiekamp hebben overleefd.

Maaltijdverstrekking door Philips, de zogenaamde Philiprak in de oorlog | © Philips Company Archives Maaltijdverstrekking door Philips, de zogenaamde Philiprak in de oorlog | © Philips Company Archives

Razzia bij PSV
De Duitse zoektocht naar jonge mannen voor de Arbeitseinsatz leidt op 27 februari 1944 tot een razzia op het sportpark van PSV. De club speelt die middag een belangrijke wedstrijd tegen LONGA, waarin de koppositie in de zuidelijke eerste klasse op het spel staat. PSV moet winnen om nog kampioen te kunnen worden.

Kort voor de wedstrijd betreden Duitse militairen de hoofdtribune. Het sportpark is intussen geheel omsingeld door bewapende soldaten. Kort na de wedstrijd moeten alle mannelijke bezoekers laten zien dat ze over een ‘Ausweis’ beschikken en dus zijn vrijgesteld voor werkzaamheden in het belang van de vijand. Degenen die niet over zo’n document beschikken worden opgepakt. De spelers van PSV houden zich schuil in de kleedkamer en het ballenhok. Zij hebben zojuist een geweldige prestatie geleverd door koploper LONGA met 2-1 te verslaan. De jonge middenvelder Miel d’Hooghe is door maar liefst 20.000 toeschouwers luid bejubeld; met twee doelpunten groeit hij die dag uit tot de ster van het veld.

Miel d'Hooge in de wedstrijd om het Zuidelijk Kampioenschap tegen LONGA | Foto uit Voor Rood-Wit gezongen Miel d'Hooge in de wedstrijd om het Zuidelijk Kampioenschap tegen LONGA | Foto uit Voor Rood-Wit gezongen

Titelkansen
Voor het eerst sinds drie jaar maakt PSV weer aanspraak op de zuidelijke titel. Het team steunt nu volledig op jonge voetballers uit Strijp en enkele oude getrouwen die al jarenlang in Eindhoven wonen. De ervaren kern bestaat nog altijd uit Piet Peters, Harrie Trines, Frans Hunting, aanvoerder Berend Scholtens en Wim Middel, die na een jaar van afwezigheid zijn oude niveau weer weet te halen. Daarnaast zijn rechtshalf Piet Bakers en linksback Fons Lemmens doorgebroken vanuit de eigen jeugd.

De overwinning op LONGA is het hoogtepunt van een magnifieke inhaalrace. PSV kende een moeizame start van het seizoen, waarin het begon met een thuisnederlaag tegen Willem II (2-3). De uitwedstrijd tegen stadgenoot De Spechten, de club van luciferfabrikant Picus, leverde zelfs een ontluisterende 4-1 afstraffing op.

Na veertien speelrondes bezet de ploeg van trainer Coen Delsen de achtste plaats, maar de achterstand op koploper MVV bedraagt zes verliespunten en is dus te overbruggen. Sommige wedstrijden kennen een bizar verloop. Zo kan Spekholzerheide tegen PSV maar negen spelers opstellen en moet het ’s ochtends als om vijf uur de trein nemen om op tijd in Eindhoven te arriveren. PSV wint dan ook moeiteloos met 6-0.

Uiteindelijk moet PSV zijn veroverde koppositie delen met LONGA. In een beslissingswedstrijd op het sportpark van EVV Eindhoven aan de Aalsterweg wordt duidelijk wie de titel gaat grijpen. Die klus mislukt jammerlijk. Op het terrein van EVV Eindhoven aan de Aalsterweg komt LONGA al snel op voorsprong door een doelpunt van de latere international Jan van Roessel. PSV krijgt een uitgelezen kans om gelijk te maken, maar nadat Ad van Tuijl een strafschop heeft gemist, loopt LONGA door twee treffers van Bud Brocken senior in de laatste minuten uit naar 0-3.

Morgen het laatste deel van deze serie. Daarin alles over de bevrijding van Eindhoven. Wil je eerdere delen teruglezen? Ga naar PSV.nl/vrijheid.

Een foto uit de verloren kampioenswedstrijd tegen LONGA | Foto uit Voor Rood-Wit gezongen Een foto uit de verloren kampioenswedstrijd tegen LONGA | Foto uit Voor Rood-Wit gezongen